gezondheidscontrole

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·zond·heids·con·tro·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gezondheidscontrole gezondheidscontroles
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gezondheidscontrolev / m

  1. (medisch) onderzoek naar de gezondheidstoestand van ets of iemand
     Bij vleesverwerker Vion in Boxtel zijn 18 mensen positief getest bij een steekproef van de GGD onder 105 medewerkers. Die vestiging hoeft niet dicht. Het bedrijf gaat nu alle coronamaatregelen aanscherpen. Zo vindt er een dagelijkse gezondheidscontrole plaats. "De uitkomsten van het onderzoek van de GGD zijn helder voor ons en daar handelen we direct op. De uitgebreide desinfectie vindt dagelijks plaats", zegt topman Ronald Lotgerink.[1]
     Volgens de Spaanse krant El País willen de autoriteiten niet van 'in quarantaine' spreken, maar van een gezondheidscontrole waarvoor de gasten het hotel niet uit mogen. Wat er daarna gebeurt is niet bekend.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Vleesbedrijf Helmond twee weken langer dicht en alle medewerkers in quarantaine” (Dinsdag 2 juni 2020, 17:07), NOS
  2.   Weblink bron “Op Tenerife duizend toeristen in quarantaine, onder wie 13 Nederlanders” (Dinsdag 25 februari 2020, 12:03), NOS