Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·wichts·ste·nen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de gewichtsstenenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord gewichtssteen
     Bij deze vaststelling valt echter ook te bedenken dat hier mensenwerk afgewogen en soms te licht bevonden werd; doch evenmin mag vergeten worden dat zij, die hier schaal en gewichtsstenen hanteerden, en oordeelden over 't werk - soms zelfs over 't ideaal en over 't leven - van anderen eveneens mensenwerk verrichtten en mensenwoorden spraken.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Jan F. Vanderheyden
    ‘Vadzige monniken in morsige holen’ en de tekstoverlevering in: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde (nieuwe reeks)., jrg. 1985 nr. 1 (1985), Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, Gent, p. 58