gereedstonden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·reed·ston·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gereedstaan |
gereedstonden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van gereedstaan
- ...dat wij gereedstonden.
- ...dat jullie gereedstonden.
- ...dat zij gereedstonden.
- ...dat wij gereedstonden.