gedachtekronkel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·dach·te·kron·kel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gedachte zn en kronkel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gedachtekronkel | gedachtekronkels |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de gedachtekronkel m
- een rare vreemde en daardoor ook onjuiste redenering
- ▸ Gedachtekronkels, je zult er maar last van hebben. Helaas zien we het meestal niet van onszelf als we onszelf hier schuldig aan maken. En ook voor feedback van anderen op onze gedachtekronkels staan we over het algemeen niet zo heel erg open.[1]
Gangbaarheid
- Het woord gedachtekronkel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Snelcursus gedachtekronkels tackelen” (26 september 2022)