Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·chro·meer·de

Bijvoeglijk naamwoord

gechromeerde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van gechromeerd

Werkwoord

vervoeging van: chromeren…
verbogen vorm: gechromeerdee

gechromeerde

  1. verbogen vorm van gechromeerd, voltooid deelwoord van chromeren

Gangbaarheid