garantieprijs
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ga·ran·tie·prijs
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van garantie zn en prijs zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | garantieprijs | garantieprijzen |
| verkleinwoord | garantieprijsje | garantieprijsjes |
Zelfstandig naamwoord
de garantieprijs m
- de minimumprijs die een producent zeker ontvangt voor zijn producten ook als de marktprijs lager is
- ▸ Het bedrag dat boeren voor hun melk krijgen is de laatste tijd flink gestegen. De garantieprijs bij de grootste afnemer in Nederland, FrieslandCampina, bedraagt deze maand 39,50 euro voor honderd kilo melk. Een jaar geleden was dat nog 32,75. Het is de hoogste prijs sinds 2008.[1]
- ▸ FrieslandCampina maakte vandaag bekend dat door het tekort dit jaar fors meer moet worden betaald aan de melkveehouders. Het zuivelconcern verwacht dat de zogeheten garantieprijs voor melk dit jaar met bijna 8 procent stijgt tot rond de 36,50 euro per 100 kilo melk. Vorig jaar betaalde FrieslandCampina de melkveehouders een garantieprijs van 33,87 euro.[2]
- ▸ Maar nu voelt ze zich bedrogen. De regering zag vorig jaar af van de volledige premie die ze op de investering toezegde. Maria Dolores krijgt dan nog wel een garantieprijs per kilowattuur, maar die is beduidend minder dan werd toegezegd.[3]
Gangbaarheid
- Het woord garantieprijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “Fors hogere melkprijs voor boeren” (Dinsdag 7 mei 2013, 13:05), NOS
- ↑ Weblink bron “Melkprijs waarschijnlijk omhoog” (Dinsdag 26 maart 2013, 16:17), NOS
- ↑ Weblink bron “'Wildgroei' remt Spaanse zonne-energie” (Vrijdag 6 mei 2011, 11:45), NOS
