Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fta·laat
enkelvoud meervoud
naamwoord ftalaat ftalaten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het ftalaato

  1. (scheikunde) een zout afgeleid van een ftaalzuur
  2. (scheikunde) een ester afgeleid van een ftaalzuur
Hyponiemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid