fregat
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- fre·gat
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘(oorlogs)schip’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1598 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fregat | fregatten |
verkleinwoord | fregatje | fregatjes |
Zelfstandig naamwoord
het fregat o
- (scheepvaart) oorlogsschip
- (zeilvaart) driemaster
Vertalingen
1. Oorlogsschip
2. Driemaster
Gangbaarheid
- Het woord fregat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fregat" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "fregat" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /frɛgat/
Woordafbreking
- fre·gat
Zelfstandig naamwoord
fregat