Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fo·to·ses·sie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fotosessie fotosessies
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de fotosessiev

  1. sessie (aaneengesloten tijdsperiode) waarin een serie foto's wordt gemaakt.

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be