Oudnederlands

Uitspraak
  • IPA: /βogɑl/, /wogɑl/
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

fogal

  1. (dierkunde) vogel
    «Hebban olla uogala nestas hagunnan hinase hi[c] [e]nda thu uu[at] unbida[t] g[h]e nu»[4]
    Alle vogels zijn met hun nesten begonnen, behalve ik en jij. Waar wacht gij nog op?
Schrijfwijzen
  • uogala
Afgeleide begrippen

Verwijzingen

  1. fogal op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Erik Kwakkel
    Hebban olla vogala in historisch perspectief in: Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, Jaargang 121 (2005), Uitgeverij Verloren, Hilversum, p. 1-24 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren  
  3.   Weblink bron
    Tanneke Schoonheim, Nicoline van der Sijs
    Meer dan hebban olla uogala. Onderzoek naar Oudnederlands in een stroomversnelling in: Onze Taal  , Jaargang 74 (2005), Genootschap Onze Taal, Den Haag, p. 266 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren  
  4. anon.
    “ (ca. 1100)


Oudhoogduits

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

fogal m

  1. vogel
Schrijfwijzen
  • fugal

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Wolfgang Pfeifer et al.
    Vogel in: Etymologisches Wörterbuch des Deutschen (1993), digitalisierte und von Wolfgang Pfeifer überarbeitete Version im Digitalen Wörterbuch der deutschen Sprache op dwds.de