Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flu·o·re·scoop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fluorescoop fluorescopen
verkleinwoord fluorescoopje fluorescoopjes

Zelfstandig naamwoord

de fluorescoopm

  1. toestel waarin men het effect van ultraviolette bestraling kan waarnemen
  2. (medisch) toestel voor röntgendoorlichting
Verwante begrippen

Gangbaarheid