flirt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- flirt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
flirten |
flirt
Gangbaarheid
- Het woord flirt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "flirt" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- flirt
Werkwoord
flirt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd gebiedende wijs bedrijvende vorm van flirten
Synoniemen
Pools
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels
Zelfstandig naamwoord
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Anagrammen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Slowaaks
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels
Zelfstandig naamwoord
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /flɪrt/
Woordafbreking
- flirt
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels
Zelfstandig naamwoord
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | flirt | flirty |
genitief | flirtu | flirtů |
datief | flirtu | flirtům |
accusatief | flirt | flirty |
vocatief | flirte | flirty |
locatief | flirtu | flirtech |
instrumentalis | flirtem | flirty |
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Anagrammen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.