Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fae·ces

Zelfstandig naamwoord

de faecesmv

  1. verouderde spelling of vorm van feces tot 1955
      De oude betrekking van het broeden blijft weliswaar, althans voorlopig, maar het eierenkeren verdwijnt en het voeren en het wegnemen van de faeces komt er bij.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    N. Tinbergen
    “Inleiding tot de diersociologie.” (1946), J. Noorduijn en zoon, Gorinchem, p. 134 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren  


Engels

Zelfstandig naamwoord

faeces mv

  1. (medisch) feces