Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fa·brieks·res·tant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fabrieksrestant fabrieksrestanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

fabrieksrestant

  1. restant van een fabrieksproduct

Gangbaarheid