Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • epi·ju·ga·le
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van jugale van het Latijnse “jugalis” (wang) met het voorvoegsel epi- van het Griekse “ἐπίepí (op)
enkelvoud meervoud
naamwoord epijugale epijugales
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de epijugalem

  1. (anatomie)
    • Een epijugale is aanwezig, een afgeleid kenmerk. 
Vertalingen

Gangbaarheid