elleboogplooi
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- el·le·boog·plooi
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van elleboog zn en plooi zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elleboogplooi | elleboogplooien |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (anatomie) de buigzijde van de elleboog
- „Ga hoesten in de elleboogplooi en niet in de hand. Dan kun je proberen de infectie te voorkomen”, vertelde De Hosson eerder aan RTV Drenthe. „Maar ga uiteraard gezond eten, drink geen alcohol en ga goed slapen. Als je echt ziek bent: blijf dan thuis, want je werkgever heeft er dan niet zoveel aan dat je op je werk verschijnt.” <ref>De Telegraaf 02 mrt. 2018 Griep voorkomen? Hoest dan in je elleboog
Gangbaarheid
- Het woord elleboogplooi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.