dwarsliggerij
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dwars·lig·ge·rij
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van dwarsliggen met het achtervoegsel -erij
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dwarsliggerij | dwarsliggerijen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de dwarsliggerij v
- het zich overal tegen verzetten; het nooit ergens aan willen meewerken
- ▸ Partijleider Petry sluit zich daarbij aan. "Ik zie bevestigd wat ik al een jaar zeg. Björn Höcke is met zijn eenmansacties en dwarsliggerij een belasting voor de partij geworden".[1]
- ▸ Tegelijk was hij wars van enige vrijerij richting bestuur of autoriteit. Hemmy durfde de luis in de pels te zijn en had een sympathieke neiging tot dwarsliggerij rondom alles dat ook maar iets te zeggen of te vertellen had. Hij nam zijn rol als journalist uiterst serieus. 24 uur per dag alert en handelend volgens hetzelfde morele kompas.[2]
Gangbaarheid
- Het woord dwarsliggerij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Verontwaardiging over Holocaust-uitspraken AfD-politicus” (Woensdag 18 januari 2017, 13:16), NOS
- ↑ Weblink bron Teake Dijkstra en Marco van den Berg“Afscheid van een journalist met een warm hart voor zijn omgeving” (17-07-2021), Tubantia