duiding
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dui·ding
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van duiden met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | duiding | duidingen |
verkleinwoord | duidinkje | duidinkjes |
Zelfstandig naamwoord
de duiding v
- het hechten van een bepaalde betekenis aan iets
- De duiding van die gevonden artefacten laat veel te wensen over.
Synoniemen
Vertalingen
1. het hechten van een bepaalde betekenis aan iets
Gangbaarheid
- Het woord duiding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "duiding" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be