driehonderdvierenvijftigje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·hon·derd·vier·en·vijf·tig·je

Zelfstandig naamwoord

het driehonderdvierenvijftigjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord driehonderdvierenvijftig

Gangbaarheid