Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • door·wan·deld
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van doorwandelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van: doorwandelen…
verbogen vorm: doorwandelde

doorwandeld

  1. voltooid deelwoord van doorwandelen

Gangbaarheid