Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dood·ge·vaar·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen doodgevaarlijk
verbogen doodgevaarlijke
partitief doodgevaarlijks

Bijvoeglijk naamwoord

doodgevaarlijk

  1. met heel grote risico's
     Dergelijk zelfverzekerd gedrag wordt door velen als een aangename kant van het alcoholgebruik ervaren, maar is in combinatie met autorijden doodgevaarlijk.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. doodgevaarlijk op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    A. Kleijn
    “Een zoenoffer voor het genot dat de automobiel ons verschaft” (8 augustus 1986) op nrc.nl