doevakantie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: doevakantie (hulp, bestand)
Woordafbreking
- doe·va·kan·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | doevakantie | doevakanties |
verkleinwoord | doevakantietje | doevakantietjes |
Zelfstandig naamwoord
de doevakantie v
- een vakantie waarbij men een actief bezig is met een bepaalde activiteit
Synoniemen
Hyponiemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord doevakantie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.