dichtzitten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dichtzitten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- dicht·zit·ten
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dicht en zitten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
dichtzitten |
zat dicht |
dichtgezeten |
klasse 5 | volledig |
Werkwoord
dichtzitten
- onovergankelijk afgesloten zijn
- onovergankelijk (meteorologie) (van de lucht) door mist of wolken onzichtbaar zijn
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord dichtzitten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.