degenslikker
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- de·gen·slik·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van degen en slikker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | degenslikker | degenslikkers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de degenslikker m
- (beroep) artiest die in staat is een degen in zijn keel te laten verdwijnen
Gangbaarheid
- Het woord degenslikker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.