Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dance
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dance dances
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de dancem

  1. (muziek) elektronische dansmuziek die meestal niet live gespeeld kan worden
  2. dans
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen


Engels

enkelvoud meervoud
dance dances
vervoeging
onbepaalde wijs to  dance 
he/she/it  dances 
verleden tijd  danced 
voltooid
deelwoord
 danced 
onvoltooid
deelwoord
 [[dancing#Engels|dancing]] 
gebiedende wijs  dance 
Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

dance

  1. dans

Werkwoord

dance

  1. dansen


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
danzar

dance

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van danzar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van danzar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van danzar