dagafstand

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  dagafstand    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• dag·af·stand

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  dag zn  en  afstand zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	dagafstand	dagafstanden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de dagafstand m

1. de afstand die men in één dag aflegt

   ▸ Jetfighter kwam op het idee om alle dag-afstanden een naam te geven. Deze afstanden waren natuurlijk in Amerikaanse miles en de namen waren ook typisch Amerikaans. Het was een ludieke manier om de lange kilometers van de dag te verzachten.

   ▸ Wandelliefhebbers kunnen dit jaar tijdens de Nijmeegse Vierdaagse niet kiezen voor de afstand van 55 kilometer. Dat heeft het bestuur van het wandelevenement donderdag bekendgemaakt. De dagafstand werd afgelopen jaar tijdens de honderdste editie aan het keuzemenu toegevoegd maar wandelaars hebben er voor de komende editie te weinig animo voor getoond.

Gangbaarheid

• Het woord 'dagafstand' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.