criminologie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cri·mi·no·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
- met het achtervoegsel -logie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | criminologie | criminologieën |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de criminologie v
- (wetenschap) sociologie van misdaad en misdadigheid
- Eind jaren zeventig van de twintigste eeuw(!) leidde een poging tot onderzoek in de biosociale criminologie door Wouter Buikhuisen nog tot grote onrust in links Nederland wegens het 'politiek incorrecte' karakter hiervan
Verwante begrippen
Vertalingen
1. sociologie van misdaad en misdadigheid
Gangbaarheid
- Het woord criminologie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "criminologie" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Frans
Uitspraak
Zelfstandig naamwoord
criminologie
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.