Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • co·py-paste

Werkwoord

vervoeging van
copy-pasten

copy-paste

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van copy-pasten
    • Ik copy-paste. 
  2. gebiedende wijs van copy-pasten
    • Copy-paste! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van copy-pasten
    • Copy-paste je? 

Gangbaarheid

Meer informatie