Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·tro·le·ron·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord controleronde controleronden
controlerondes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de controlerondev / m

  1. keer dat men ergens langsgaat om te toetsen of alles nog goed verloopt
     Conducteurs zijn vrij om hun rondes zelf in te delen, al is de richtlijn dat reizigers elke 40 tot 45 minuten een medewerker moeten zien. "Conducteurs doen een serviceronde en een controleronde en moeten zelf beslissen wanneer ze die lopen", aldus de woordvoerder.[1]
     In het radioprogramma Met het Oog op Morgen vertelt Kemal Rijken, schrijver van het boek Roma, dat ook bij de vorige controleronde de standplaatsproblematiek het grootste agendapunt was. "De Raad van Europa kan Nederland alleen een tik op de vingers geven. Het is niet mogelijk om sancties op te leggen, maar het draait wel om internationale verdragen die Nederland moet volgen."[2]
     Sinds gisteravond 20.00 uur is de stad afgesloten voor autoverkeer dat geen vignet heeft. Controle was er volgens RTV Utrecht nauwelijks. Langs het parcours zijn tot nu toe 500 fietsen weggehaald. Vanochtend worden er nog meer verwijderd als gemeentewerkers een nieuwe controleronde lopen.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Tiental tips binnen na treinaanranding, vragen over controle” (Woensdag 25 mei 2022, 18:51), NOS
  2.   Weblink bron “Romabeleid Nederland onder de loep” (Maandag 2 juli 2018, 14:13), NOS
  3.   Weblink bron “Utrecht klaar voor Grand Départ” (Zaterdag 4 juli 2015, 06:14), NOS