contrabassaxofoon

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  contrabassaxofoon    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• con·tra·bas·saxo·foon

Woordherkomst en -opbouw

• Vernoemd naar Adolphe Sax (1814-1894), instrumentbouwer

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	contrabassaxofoon	contrabassaxofoons
verkleinwoord	contrabassaxofoontje	contrabassaxofoontjes

Zelfstandig naamwoord

de contrabassaxofoon m

1. (muziekinstrument) een houtblaasinstrument met een enkelriet

   • De contrabassaxofoon is een manshoog instrument. 

Hyperoniemen

• muziekinstrument, aerofoon, houtblaasinstrument, enkelrietinstrument

Afgeleide begrippen

• altsaxofoon, baritonsaxofoon, bassaxofoon, sopraansaxofoon, sopraninosaxofoon, soprillosaxofoon, tenorsaxofoon

Verwante begrippen

• fagot, hobo, klarinet

Vertalingen

    1. contrabassaxofoon   

Duits: Kontrabasssaxophon (de) o Engels: contrabass saxophone (en)

Frans: saxophone contrebasse (fr) m

Gangbaarheid

• Het woord 'contrabassaxofoon' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.