condensatorcapaciteit
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·den·sa·tor·ca·pa·ci·teit
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van condensator en capaciteit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | condensatorcapaciteit | condensatorcapaciteiten |
verkleinwoord | condensatorcapaciteitje | condensatorcapaciteitjes |
Zelfstandig naamwoord
de condensatorcapaciteit v
- (elektrotechniek) de elektrische capaciteit van een condensator
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'condensatorcapaciteit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.