Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • co·or·di·naat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord coördinaat coördinaten
verkleinwoord coördinaatje coördinaatjes

Zelfstandig naamwoord

de coördinaatv / m

  1. (wiskunde) een getal dat middels een gekozen assenstelsel en oorsprong aangeeft hoever een gegeven punt in de richting van een van de assen van de oorsprong verwijderd is
    • Een punt is eenduidig bepaald als er evenveel coördinaten van bekend zijn als er dimensies zijn. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen