Nederlands

 
[2] cliché met afbeelding in spiegelbeeld
Uitspraak
Woordafbreking
  • cli·ché
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans. In de betekenis van ‘drukplaat’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1892 [1]. In de betekenis van ‘afgezaagde uitspraak’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1950 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord cliché clichés
verkleinwoord clicheetje clicheetjes

Zelfstandig naamwoord

het clichéo

  1. (taalkunde) (tekstkritiek) beschrijving, uitdrukking of stijlfiguur, die te veel of fout gebruikt is, zodat het aan betekenis verloren heeft
     Hoewel ik er vaak was geweest en de klinkende namen van Titiaan en Tintoretto achteloos door soireetjes had laten rollen, hoewel ik geroutineerd in mijn krant bleef lezen terwijl de vuurrode hogesnelheidstrein mij over de landverbinding van Mestre naar de oude stad bracht en veelbetekenend begon af te remmen, en hoewel ik mij had voorgenomen om mijn entree in de stad met een praktische instelling te benaderen en enige eventuele beroering van het gemoed uit te stellen totdat ik goed en wel was geïnstalleerd, moest ik even naar adem happen toen ik het station uit liep en het breekbare, pastelkleurige cliché van de stad aan het groene water zich onbekommerd en schijnbaar onschuldig voor mij ontvouwde.[2]
    • Het is een cliché, maar daarom niet minder waar. 
     Wij weten inmiddels allemaal dat drank meer kapotmaakt dan je lief is, nietwaar? Een cliché, maar wel eentje met een hoog waarheidsgehalte.[3]
  2. drukvorm die gebruikt wordt bij het drukken van illustraties in hoogdruk
     De harde houten hoogdrukvormen waren veel slijtvaster dan koperplaten en wanneer er clichés van gegoten werden, wat vooral na 1830 gebruikelijk werd (we komen op deze techniek verderop terug), waren haast onbeperkte oplagen mogelijk.[4]
Hyponiemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen


Frans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  cliché     le cliché     clichés     les clichés  

Zelfstandig naamwoord

cliché m

  1. (fotografie) fotonegatief
  2. cliché [2], drukvorm die gebruikt wordt bij het drukken van illustraties in hoogdruk
  3. (figuurlijk) (tekstkritiek) (taalkunde) cliché [1], gemeenplaats

Werkwoord

cliché

  1. voltooid (verleden) deelwoord van clicher