Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • ci·der·gom·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord cidergomboom cidergombomen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de cidergomboomm

  1. (bloemplanten) Eucalyptus gunnii   een groenblijvende boom met een hoogte van 20-30 m. uit de mirtefamilie (Myrtaceae). De soort komt van nature voor in Zuid-Australië. De soort wordt in Noordwest-Europa wel gekweekt
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie