Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • ce·ram·le·der·kop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ceramlederkop ceramlederkoppen
verkleinwoord ceramlederkopje ceramlederkopjes

Zelfstandig naamwoord

de ceramlederkopm

  1. (zangvogels) Philemon subcorniculatus   een zangvogel uit de familie van de honingeters. Deze soort behoort tot een groep van nauw verwante soorten lederkoppen op eilanden in het oosten van de Indische Archipel zoals de manuslederkop (P. albitorques), morotailederkop (P. fuscicapillus), burulederkop (P. moluccensis), tanimbarlederkop (P. plumigenis), Timorese helmlederkop (P. buceroides), bismarcklederkop (P. cockerelli) en Eichhorns lederkop (P. eichhorni)
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie