Engels

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van  buy ww  met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
buyer buyers

Zelfstandig naamwoord

buyer

  1. (persoon) koper, degeen die iets aanschaft
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

99 % van de Amerikanen;
99 % van de Britten.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be