buikje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- buik·je
Zelfstandig naamwoord
het buikje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord buik
Gangbaarheid
- Het woord buikje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "buikje" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be