Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: broş

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bros
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘breekbaar’ voor het eerst aangetroffen in 1596 [1]
  • [2] [3]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen bros brosser brost
verbogen brosse brossere broste
partitief bros brossers -

Bijvoeglijk naamwoord

bros

  1. hard, maar makkelijk breekbaar bij inslag
    • Glazen zijn meestal brosse materialen. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
brossen

bros

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van brossen
    • Ik bros. 
  2. gebiedende wijs van brossen
    • Bros! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van brossen
    • Bros je? 

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen