botgras
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bot·gras
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bot en gras [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | botgras | botgrassen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het botgras o
Gangbaarheid
- Het woord 'botgras' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.