Zweeds

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Zweedse woorden bostad en hus met het invoegsel -s-
Naar frequentie 59219
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   bostadshus     bostadshuset     bostadshus     bostadshusen  
genitief   bostadshus     bostadshusets     bostadshus     bostadshusens  

Zelfstandig naamwoord

bostadshus, o

  1. (bouwkunde) woonhuis, woonvertrek
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen

Zelfstandig naamwoord

bostadshus

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van bostadshus

bostadshus

  1. genitief onbepaald onzijdig enkelvoud van bostadshus

bostadshus

  1. genitief onbepaald onzijdig meervoud van bostadshus