bosgierstgras
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bos·gierst·gras
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bos en gierstgras zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bosgierstgras | bosgierstgrassen |
verkleinwoord | bosgierstgrasje | bosgierstgrasjes |
Zelfstandig naamwoord
het bosgierstgras o
- (bloemplanten) Milium effusum een overblijvende plant die behoort tot de grassenfamilie (Poaceae ). De plant komt van nature voor in Europa, Azië en het oosten van Noord-Amerika. De dichte zodenvormende plant wordt 0,5-1,8 m hoog, heeft blauwgroene stengels en vormt korte, kruipende wortelstokken. Het vlakke, 10-30 cm × 5-15 mm grote, min of meer overhangende blad is bij het tot 7 mm lange tongetje behaard
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'bosgierstgras' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] bosgierstgras in het Nederlands Soortenregister N
- [1] bosgierstgras op Wikidata
- [1] bosgierstgras op "Wilde planten in Nederland en België" ♣