borduurde voort
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bor·duur·de voort
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voortborduren |
borduurde voort
- enkelvoud verleden tijd van voortborduren
- Ik borduurde voort.
- Jij borduurde voort.
- Hij, zij, het borduurde voort.
- Ik borduurde voort.
Gangbaarheid
- Het woord borduurde voort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.