bordeelhouder
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bor·deel·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bordeel en houder [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bordeelhouder | bordeelhouders |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de bordeelhouder m
- (seksualiteit), (beroep) exploitant van een bordeel, bordeelexploitant
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord bordeelhouder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.