bootst na
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bootst na
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
nabootsen |
bootst (…) na
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabootsen
- Jij bootst na.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nabootsen
- Hij bootst na.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van nabootsen
- Bootst na!
Gangbaarheid
- Het woord bootst na staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.