Nederlands

 
Onvolwassen bontbekplevier
Uitspraak
Woordafbreking
  • bont·bek·ple·vier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bontbekplevier bontbekplevieren
verkleinwoord bontbekpleviertje bontbekpleviertjes

Zelfstandig naamwoord

de bontbekplevierm

  1. (steltloperachtigen) bepaalde vogelsoort uit de familie van plevieren, Charadrius hiaticula  
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen