boekhandelaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- boek·han·de·laar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van boek en handelaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boekhandelaar | boekhandelaren boekhandelaars |
verkleinwoord | boekhandelaartje | boekhandelaartjes |
Zelfstandig naamwoord
de boekhandelaar m
- iemand die boeken in- en verkoopt
- De boekhandelaar had een goed lopende boekenwinkel.
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord boekhandelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.