bodhiboom
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bo·dhi·boom
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bodhi en boom zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bodhiboom | bodhibomen |
verkleinwoord | bodhiboompje | bodhiboompjes |
Zelfstandig naamwoord
de bodhiboom m
- (bloemplanten) Ficus religiosa een plant uit de moerbeifamilie (Moraceae ). Het is een snelgroeiende boom met luchtwortels, die 30 meter hoog kan worden. De opvallend gevormde bladeren hebben een "druppelspits", waarvan men aanneemt dat die zorgen voor de snelle afvoer van regenwater. De bodhiboom is inheems in Pakistan, India en Sri Lanka
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'bodhiboom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] bodhiboom op Wikidata