bleekkopbamboespecht
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bleek·kop·bam·boe·specht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bleekkop zn en bamboespecht zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bleekkopbamboespecht | bleekkopbamboespechten |
verkleinwoord | bleekkopbamboespechtje | bleekkopbamboespechtjes |
Zelfstandig naamwoord
de bleekkopbamboespecht m
- (spechtvogels) Gecinulus grantia een vogel uit de familie Picidae (spechten). Deze soort komt voor in Zuidoost-Azië en oostelijk China en telt 4 ondersoorten
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'bleekkopbamboespecht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.