Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • blauw·voe·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord blauwvoeter blauwvoeters
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de blauwvoeterm

  1. lid van een katholieke Vlaams-nationalistische beweging die is opgericht door Albrecht Rodenbach
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

40 % van de Nederlanders;
64 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be