blaftaks
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- blaf·taks
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van blaf zn en taks zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blaftaks | blaftaksen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- gemeentelijke belasting die hondenbezitters moeten betalen
- ▸ Blaftaks is er nog wel even, minister gaat in gesprek met gemeenten[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord blaftaks staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Blaftaks is er nog wel even, minister gaat in gesprek met gemeenten” (Donderdag 10 juni 2021, 18:58), NOS